Ook al is er in ons landje nauwelijks nog sprake van koude winters, banden wisselen is bij ons een tweejaarlijks terugkerend ritueel.
In de praktijk betekent dit dat we ’s morgens met twee auto’s naar de garage rijden, ik vervolgens weer naar huis rijd en mijn echtgenoot een paar uur in de weer is met wachten en heen en weer rijden met zijn fiets in de achterbak.
Ik kan niet ontkennen dat ik me daar toch een beetje schuldig over voel, maar voor mij is een auto een gebruiksvoorwerp met maar een belangrijk criterium: hij moet het doen.
Het maakt me niet uit hoe hij eruit ziet. Dus ook wassen en schoonmaken is niet aan mij besteed. Twee keer per jaar haal ik hem door de wasstraat en ik durf het haast niet te vertellen, maar 1 keer per jaar mest, zoals hij het uitdrukt, mijn man de binnenkant van de auto uit omdat hij vind dat ik me in zo’n puinhoop niet kan vertonen. Bijzonder want met die puinhoop valt het ontzettend mee, misschien wat verdwaalde zakdoekjes en een leeg pakje kauwgum, dan heb je het wel gehad. Eigenlijk best raar, want de auto is van mij, officieel ben ik er eigenaar van. Toch neem ik geen verantwoordelijkheid voor het onderhoud en kom ik alleen in beweging als hij er mee ophoudt.
Ook in organisaties wordt het woord eigenaarschap veel gebruikt. Jon Pierce, Professor organisatie en management, heeft veel onderzoek gedaan naar eigenaarschap. Hij spreekt over psychologisch eigenaarschap. Een gevoelstoestand, een state of mind, ten opzichte van iets of iemand. We blijken ons pas eigenaar over iets te gaan voelen als we er controle over hebben, als we het goed leren kennen en er veel van onszelf in investeren. Niet alleen wat betreft tijd en energie, maar er ook echt iets aan toevoegen.
- Eigenaarschap moet mensen persoonlijk iets opleveren (gevoelens van) om eigenaarschap te ervaren. Het appelleert aan een diepgewortelde behoefte om:
Van betekenis te zijn: verschil maken, competent zijn, controle uitoefenen invloed hebben, gewenste en verwachte effecten bewerkstelligen. - Je ergens mee te identificeren: eigen identiteit, persoonlijkheid, herkenning.
- Ergens in thuis te zijn: een eigen plek of territorium hebben.
- Gestimuleerd te worden.
Mensen eigenen zich iets toe om er een eigen stempel op te kunnen drukken, om zichzelf er mee te identificeren en zich er mee te vertonen aan de buitenwereld, en om zich er druk over te maken en in op te gaan. Pierce noemt dit extended – self, of uitgebreide identiteit.
Zo bezien is het heel begrijpelijk dat we (althans velen van ons) in een nieuw huis meteen gaan klussen en het belangrijk vinden in welke type en kleur auto we rijden. Maar het zou ook kunnen verklaren waarom een nieuwe directeur, na een rondgang door ‘zijn’ bedrijf, vaak als eerste de structuur van het bedrijf wil veranderen. We spiegelen ons er namelijk -letterlijk en figuurlijk - in!
Klaarblijkelijk betekent een auto niets voor mijn identiteit, neem ik daarom geen eigenaarschap en durft mijn man me geen verantwoordelijkheid te geven omdat hij wel begrijpt dat de banden dan nooit meer gewisseld worden. Het enige middel dat hem rest is om mijn band een keer lek te prikken, waardoor ik wel in beweging moet komen. Ik geloof niet dat het zover zal komen. Ik ben blij dat hij zich de eigenaar van ‘mijn’ auto voelt.
Meer lezen over eigenaarschap:
De route naar eigenaarschap
Betrokken raken, verantwoordelijkheid krijgen, eigenaarschap nemen